Alessandro Van de Sande is een negentienjarige tienkamper uit Brugge. Je kan hem dagelijks vinden op de piste of in de fitness. Van de Sande brandt van ambitie. “Ik teken voor Tokio 2020.”
Het is een koude zaterdagochtend in Brugge. Op de piste van de atletiekclub Olympic Brugge staan veel kinderen te wachten om hun eerste stapjes in de atletiek te zetten. In de verte komt Alessandro Van de Sande aangewandeld. “Ik zit met een blessure aan mijn enkel die ik heb opgelopen op stage en voorlopig mag ik dus nog niet trainen”, vertelt hij. Het interview vindt plaats in het materiaalhok van de atletiekclub aan de zijkant van de piste. Het is een soort grote garage waar al het materiaal wordt opgeborgen. Van de Sande haalt zelf twee stoelen zodat het interview kan beginnen. Vedette-allures zijn ver weg in de Belgische meerkampwereld.
Opkomend talent
Bij tienkamp, ook wel decatlon genoemd, zijn er tien verschillende disciplines: 100 meter sprint, verspringen, kogelstoten, hoogspringen, 400 meter, 110 meter horden, polsstok, speerwerpen en 1500 meter. Niet alle disciplines gaan even vlot. “Vooral de werpnummers zijn mijn werkpunten, zoals kogel en speer. Bij speer verlies ik de meeste punten, dus daar moet er zeker nog veel aan gewerkt worden”, aldus Van de Sande. “Mijn betere nummers zijn het hoogspringen, de 400 meter en de 110 meter horden.”
Als Alessandro niet geblesseerd is, traint hij dagelijks en soms zelfs twee keer per dag. “Als ik het in uren zou moeten uitdrukken, train ik een 20-tal uur per week. Ik train graag, maar enkel als ik zie dat ik progressie boek.” Ook op de mindere disciplines moet vaak getraind worden. “Ik vind het moeilijk om hierop te trainen als ik niet zie dat het verbetert, daarom ga ik op zaterdag speerwerpen onder leiding van de Antwerpse topcoach Patrick Bosschaert”.
“Bij tienkamp is de lichaamslengte een belangrijk aspect, daarom kijk ik op naar de Amerikanen Ashton Eaton en Bryan Clay. Dit zijn kleine atleten en het is mooi om te zien dat zij hun mannetje kunnen staan en knappe prestaties neerzetten.” Nationaal kijkt Alessandro op naar Hans Van Alphen. Van Alphen, die vlak voor dit interview een punt achter zijn carrière zette, zette de sport in Vlaanderen op de kaart. “Ik zou graag in zijn voetsporen treden, natuurlijk!”
“Het niveau op een WK ligt tien keer hoger dan op een gewone meeting,” zegt Van de Sande. Deze zomer nam Alessandro deel aan zijn eerste WK voor junioren in het Poolse Bydgoszcz. “Er was een supergroot stadion en als ik binnenkwam, kreeg ik een overweldigend gevoel. Alleen jammer dat er zo weinig volk was. Het leek toch zo omdat er in die tribunes zeker 22.000 man kon. Dus als er daar dan 1.000 of 2.000 man zit, dan lijkt dat bijna niks, maar het was een leuke ervaring”, vertelt Alessandro, duidelijk nog onder de indruk. Op zijn eerste WK eindigde Van de Sande als veertiende.
Nog even stretchen voor de echte training begint ©Heike Nelis
Afgedankte voetballer
Tienkamp was niet de eerste sport die Alessandro uitoefende. Tot zijn tien jaar deed hij aan voetbal. Alessandro mocht niet meer spelen omdat de trainer vond dat hij niet goed genoeg was. Na zijn korte voetbalcarrière kwam Alessandro bij de atletiekclub terecht. “Ik ben die voetbaltrainer nu eerder dankbaar dat hij mij buiten heeft gezet, als je ziet wat ik nu al bereikt heb als tienkamper. Ik zie het als een kans die ik van hem gekregen heb.” Van de Sande haalt meer voldoening uit tienkamp: “Ik vind voetbal persoonlijk niet echt een sport. Ik denk dat je er minder voor moet opofferen dan voor atletiek.”
De keuze voor tienkamp kwam voor Alessandro vanzelf. “Als miniem, toen ik 10-11 jaar was, deed ik vijfkampjes. Het eerste jaar was ik daar slecht in, maar het tweede jaar ging dat steeds beter. Vanaf cadet, scholier ben ik echt meerkamp beginnen doen en toen bleek dat ik daar wel goed in was”, aldus Van de Sande. “De sfeer tussen de atleten zit ook goed. Wij zijn een grote groep vrienden en geen concurrenten. We supporteren voor elkaar en hopen op goeie prestaties.”
Meester Alessandro
In het middelbaar zat Alessandro drie jaar op de topsportschool, nu studeert hij lager onderwijs op de hogeschool in Hasselt. Alessandro volgt gespreide studies om het te kunnen combineren met zijn sportcarrière. “Als het goed gaat, dan ga ik mijn studies aan de kant zetten om mij volledig op de tienkamp te focussen”, zegt Alessandro. “Het is sowieso moeilijk als tienkamper om sport te combineren met een fulltime job, misschien zelf onmogelijk.”
Nu is het voor Alessandro ook al moeilijk om zijn sport te combineren met zijn sociaal leven. “Ik heb veel vrienden binnen de atletiek dus dat is wel een compensatie. Door mijn blessure heb ik meer tijd voor mijn sociaal leven, maar als ik blessurevrij ben, is het heel druk en heb ik weinig tijd. Als ik dan nog moet studeren, naar school gaan, eten, trainen… Dan is het toch moeilijk om nog tijd te vinden voor mijn vrienden, maar je moet er iets voor over hebben”, aldus Alessandro.
Tokio 2020?
“Voor Tokio 2020 zou ik graag willen tekenen”, zegt Van de Sande met een lach, “Ik wil zo ver mogelijk geraken en alles eruit halen wat erin zit.” In de nabije toekomst zou hij volgend jaar graag opnieuw deelnemen aan het EK voor beloften in Polen. De Universiade in Taiwan is ook een van de vooruitzichten voor Alessandro. Dit is een kampioenschap voor atleten die nog studeren. “Voor de Universiade moet ik eerst geselecteerd worden. Hiervoor moet ik alles zelf regelen, zoals vervoer en hotel. Deze wedstrijd wordt niet gesubsidieerd door de federatie en het is dus op eigen kosten.”
Tienkamp is een sport die af en toe in de media komt door de sterke prestaties van Thomas Van der Plaetsen en ex-atleet Hans Van Alphen. Alessandro Van de Sande vindt dat de sport meer aandacht verdient. “Ik probeer het zelf meer in de media te zetten via Facebook en Instagram. Bij de mensen die ik ken zet ik de sport wat meer in de spotlights”
BIO: Alessandro Van de Sande
geboren op 3/06/1997 in Brugge
14de op het WK junioren 2016
7de op het EK voor junioren 2015